Pal naast een schoolplein en dus in een oorverdovende herrie en begluurd door honderd paar nieuwsgierige kinderoogjes, staan we te kamperen. We zijn in Matadi, de eerste stad van de Democratic Republic of Congo.
Na een paar stranddagen en een ochtendje winkelen in Benguela en Lobito, vervolgden we voor het eerst met z’n zessen onze weg richting Luanda. Aan de kust hebben we een paar keer prachtig kunnen kamperen, al was de zee vaak te ruig om te kunnen zwemmen.
Bij de ‘Quedas de Agua da Binga’ (watervallen – totaal verpest door elektriciteitskabels die er dwars voor lopen en al het afval in en rond het water), besloten Peter en Sabine dat zij toch wat meer van het binnenland van Angola wilden zien en dat ze sowieso in een rustiger tempo wilden reizen.
[photopress:DSC_5548.JPG,thumb,pp_image] [photopress:DSC_5671.JPG,thumb,pp_image] [photopress:DSC_5640.JPG,thumb,pp_image]
Zo lieten we Peter en Sabine achter bij de watervallen en belanden wij samen met Peter en Nicole in Luanda. Een indrukwekkende stad waar aan alle kanten gebouwd en ontwikkeld werd. We zijn in een enorme nieuwbouwwijk geweest die niet onder doet aan een nieuwbouwwijk in Nederland en waar sinds kort het enige winkelcentrum van Angola staat met een grote supermarkt.
We vonden een kampeerplek op de parkeerplaats van de ‘Yacht club’, midden in het centrum en aan het water. Vanaf ons plekje hadden we een erg mooi zicht op de sky-line van Luanda. Helaas werd Floris ziek en hebben we niet veel van de stad kunnen zien.
Om Luanda uit te komen moesten we zeker twee uur door sloppenwijken rijden en dat was een schokkende ervaring. Het was verschrikkelijk om je medemens in zo’n ellendige situatie te zien leven. Tussen het afval, met veel te veel mensen op elkaar en zonder enige voorziening. Vuil drinkwater, eenzijdig eten, werkeloosheid, te weinig dokters, noem alle problemen maar op. Natuurlijk wisten wij al eerder van deze problemen en hebben wij in Nederland op televisie beelden gezien van sloppenwijken, maar het lijkt pas echt tot ons door te dringen nu we het met eigen ogen zien.
We voelden ons overigens ook erg onveilig in de sloppenwijken. Doordat er veel te veel auto’s door de smalle hoofdweg van Luanda geperst moesten worden, stonden we voornamelijk stil of kwamen stapvoets vooruit. Een gemakkelijk doelwit dus voor iemand met slechte bedoelingen. En aangezien wij zoveel bezitten in verhouding tot de mensen uit de sloppenwijken, waren we bijna verbaasd dat we heelhuids de stad uit reden.
[photopress:DSC_5596.JPG,thumb,pp_image] [photopress:DSC_5814.JPG,thumb,pp_image] [photopress:DSC_5790.JPG,thumb,pp_image]
Het noorden van Angola is prachtig. Hier begint de jungle en het donkere hart van Afrika. Bananenbomen, palmbomen, bomen van tien meter hoog verstrikt in lianen, kronkelende riviertjes met dichte begroeiing langs de oevers. De weg was ontzettend slecht en soms niet-bestaand. Doordat het een bergachtig gebied is, spoelt het water in het regenseizoen delen van het zandpad weg en laat diepe geulen achter. De Unimog had het moeilijk, maar heeft het gered.
En zo reden we gistermiddag een bocht om en stonden we opeens oog in oog met de machtige River Congo. Echt een te gek moment, uitkijken over de rivier die je kent van spannende ontdekkingsreizen en die synoniem staat voor ‘the jungle’, oerwoud, inheemse volkeren, gebakken apenarmpjes, malaria, moessons en uitgeholde boomstammen die over het water varen.
[photopress:DSC_5767.JPG,thumb,pp_image] [photopress:DSC_5860.JPG,thumb,pp_image] [photopress:DSC_5845.JPG,thumb,pp_image]
De grensovergang van Angola duurde weliswaar lang, maar verliep goed. Niemand probeerde geld van ons af te troggelen en de procedures verliepen eerlijk.
Na even zoeken vonden we in Matadi een kampeerplek op het terrein van de Katholieke Missie. De missie dient ook als school en zo zijn we dus omsingeld door steeds brutaler wordende kinderen.
Gisteren hebben we in een lokaal eettentje gegeten en ons beeld van DRC is tot nu toe erg positief. We zijn benieuwd!
GPS # S S 5 ° 49.873′, E 13 ° 27.664′