Straatverlichting, vuilniswagens, flitspalen, aangeveegde stoepen, werkende stoplichten, onderhouden gebouwen, geen gaten in de weg, apfelstrudel, Jagermeister, bloemperkjes. Ja, Windhoek, das ist richtige Deutsche sauberkeit!
Annemarie en Patrick wilden ook graag het Khama Rhino Sancturary bezoeken, dus besloten we er samen heen te rijden en de honden in onze Unimog achter te laten op de parkeerplaats. Zo konden we toch nog genieten van de indrukwekkende neushoorns met hun enorme konten en verder van allerlei andere dieren die ook in het park rondliepen. Vanaf het dak van Annemarie’s en Patrick’s Unimog keken we over de begroeiing heen en hadden we echt een fantastisch uitzicht.
Aangezien we vanuit het Khama Rhino Sancturary naar Maun zouden rijden waar we de grens naar Namibië konden oversteken, lagen de zoutpannen op de route. En ja, driemaal is scheepsrecht, dus we probeerden gewoon nog een keer om er overheen te rijden. Met de informatie die we aan verschillende mensen hadden gevraagd, konden we vrij weinig. Dit is ons al eerder opgevallen tijdens onze reis; vraag aan een willekeurige Afrikaan een routebeschrijving, de afstand naar de volgende stad of de conditie van de weg en je krijgt eigenlijk nooit een duidelijk antwoord. We vonden gelukkig een informatiecentrum van Kubu Island en daar konden ze ons vertellen dat de pannen genoeg opgedroogd waren om er overheen te rijden.
En het was echt alle moeite waard! Een prachtige rit door de Bush en over de pannen, met als enige tekenen van leven wat koeien en ezels of een boerderijtje van hout en koeienstront. Op het eiland ontmoette we Whisky, de opzichter, die ons een extra nachtje gratis liet kamperen, waar wij als Nederlanders natuurlijk erg blij van werden.
De hele weg naar Maun was erg eentonig; een snelweg door vlak savannegebied. Eenmaal in Maun konden we kamperen op een enorm terrein van een hotel, waar Annemarie en Patrick al eerder waren geweest. Een nieuwe permit voor de honden om Namibië in te komen konden we zonder problemen krijgen en na veel kilometers en een nachtje wildkamperen, stonden we alweer aan de grens met Namibië.
Van Namibië hebben we nog niet veel gezien, we zijn eigenlijk direct, in twee dagen, naar Windhoek gereden, waar we op een backpakkers net buiten het centrum van de stad staan.
Windhoek is een bijzondere stad, in de zin dat het zo ontzettend schoon, modern en niet-Afrikaans is. Doordat er opvallend veel zwarte mensen op straat lopen en je een uur moet wachten bij de kassa, weet je dat je nog steeds in Afrika bent. Voor de rest waan je je eerder ergens in Duitsland.
Gisteren zijn Annemarie en Patrick weer hun eigen weg gegaan. We hebben nog een paar dagen samen kunnen doorbrengen in de stad. Ik heb heerlijk kunnen shoppen met Annemarie. Eindelijk eens niet met iemand die na twee winkels geen zin meer heeft of alleen naar de praktische doe-het-zelf zaken wil!
Het hondje van Annemarie en Patrick had al twee weken last van haar achterpootje en kon in Windhoek gelukkig naar een fatsoenlijke dierenarts. Daar werd een uitgerekte knieband geconstateerd en Obi moest geopereerd worden… Dat was schrikken, daar weten wij alles van! De operatie verliep prima en Obi was al snel weer in normale, zeer actieve staat. Ze zal nog een aantal weken hinkepinken, maar het ziet er gelukkig naar uit dat alles goed komt!
Op de backpakkers logeerden ook een Duits stel, Katja en Melv, die met een gehuurde Kever door Zuid-Afrika en Namibië aan het rondtrekken waren. Met z’n zessen zijn we uit eten geweest bij een restaurant dat door velen aangeraden werd, maar wat wij tegen vonden vallen. Maargoed, de biertjes en Jagermeisters smaakten wel goed en de avond was erg gezellig. De volgende ochtend hebben we Annemarie, Patrick en Obi en Katja en Melv uitgezwaaid. De drie weken samen reizen met Annemarie en Patrick waren echt heel leuk. Het is grappig dat je hier, ‘in den vreemden’, zomaar mensen kunt tegenkomen en uiteindelijk weken samen optrekt.
Floris en ik zijn op het moment druk met voorbereidingen voor West-Afrika. We hebben een visum voor Angola kunnen regelen (63 euro p.p.), met behulp van de vriendelijke man van het Nederlandse consulaat. Hij heeft een brief voor ons geschreven en gebeld, anders hadden we alleen een visum voor Angola in Nederland kunnen regelen. Verder zijn we bezig met een visum voor DRC (58 euro p.p.) en voor Kongo (41 euro p.p.), want we vinden het prettig om die alvast op zak te hebben, zodat we in die landen niet voor verassingen komen te staan.
Over een paar dagen komen Peter en Sabine naar Windhoek, onze ‘brothers in crime’ voor Angola, DRC, Kongo, Gabon, Kameroen en Nigeria. Met hun kunnen we een route en tijdsplanning maken, waarnaar we weer ieder onze eigen weg gaan. In juni zullen we elkaar dan weer treffen in noord Namibië.
Floris en ik zijn niet meer zo zeker van Zuid-Afrika. We hebben niet genoeg geld en tijd om heel Zuid-Afrika te zien en alleen naar Kaapstad betekend meer dan drieduizend kilometer heen en terug. Misschien blijven we wel gewoon in Namibië, waar enorm veel te zien en te doen is. Eén dezer dagen maken we een planning. Die dan waarschijnlijk totaal anders zal uitpakken…
GPS # S 22° 33.377′, E 17 ° 4.545 ‘