Puf, puf, hijg, hijg…. Het begint nu toch wel érg warm te worden. De hondjes hebben ieder een kuil gegraven onder de Unimog en komen er alleen nog uit, onder lichte dwang, voor een wandelingetje. Zelf vluchten we van schaduwplek naar schaduwplek, onderweg hevig zwetend. Maar, het meer is prachtig en heerlijk verkoelend!
De laatste dagen in Tanzania hadden iets treurigs; na vier maanden moesten we het land waar we het zó naar onze zin hadden gehad en waar we zoveel meegemaakt hadden, weer verlaten.
Aan de andere kant verheugden we ons erg op het nieuwe land, Malawi, én hadden we bovendien iets te vieren: op 3 november waren we precies een jaar ‘on the road’!! Een heel vreemd idee, al een jaar weg uit Nederland, al een jaar lang in een truck door Afrika…. Het geplande dineetje om ons jubileum te vieren viel nogal in de soep: Mbeya, de stad waar we ons bevonden, had slechts één uitgestorven en nogal zielig restaurantje. We besloten de viering dus maar uit te stellen totdat we ergens een leuk restaurant zouden vinden.
Vanuit Mbeya zijn we in één keer naar Chitimba in Malawi gereden. De grensovergang was goed te doen. Je moet er, zoals overal in Afrika, de tijd voor nemen en aan de kant van Malawi konden we alleen een autoverzekering voor 50 USD per maand afsluiten (na onderhandelen 40), wat erg duur is. Het scheelt dat je als Nederlander geen visum nodig hebt voor Malawi, maar toch. We besloten de te dure verzekering niet te nemen en door te rijden naar Karonga om daar een betaalbare verzekering af te sluiten. Helaas had het verzekeringsmannetje bij de grens het eerstvolgende politiecheckpoint ingelicht dat er een onverzekerd voertuig aankwam (grrrrrrrr… eikel!). De politieagente die ons aanhield was echter zeer goed gezind en nadat Floris al zijn charmes in de strijd had gegooid, liet ze ons lachend doorrijden. Door het oog van de naald dus. In Karonga konden we een verzekering voor 29 USD afsluiten, ook niet bepaald een koopje.
[photopress:HPIM2123.JPG,thumb,pp_image]
Diezelfde dag kwamen we aan op Chitimba campsite in het gelijknamige dorpje en aan Lake Malawi. De weg ernaartoe was perfect en uitgestorven – er hebben in (noord-) Malawi maar heel weinig mensen geld voor een auto.
We staan hier erg mooi, al is de camping soms wel een beetje druk met grote overlandtrucks en de daarbij horende ‘zuiperds’. De camping wordt sinds een jaartje gerund door twee erg vriendelijke Nederlandse stelletjes. Van hun heeft Floris een opdracht voor een nieuwe website gekregen (joepi!), waar hij de aankomende dagen druk mee zal zijn.
Eergisteren zijn we vanuit de camping naar de Mushroom Farm gewandeld, een campsite vijf kilometer voor Livingstonia. De Farm ligt op een plateau, wat betekend vanaf het meer 10 kilometer stijl omhoog. Het klimmen in combinatie met 35 graden Celsius en amper schaduw, geeft je het gevoel dat je dood gaat en we hebben ons tijdens de wandeling meerdere malen afgevraagd waar we in godsnaam aan begonnen waren. Eenmaal boven komt alles goed: een geweldig uitzicht vanuit het schaduwrijke cafeetje van de Farm.
We hebben uiteindelijk ongeveer 6 uur gelopen die dag en kwamen (net zoals de honden) op vier poten terug op de camping. De honden hadden het overigens ook helemaal gehad; als ze konden praten hadden zo ons waarschijnlijk enorm staan uitschelden.
Als de website klaar is willen we verder rijden naar Mzuzu, een grotere stad waar we weer eens goed boodschappen kunnen doen en hopelijk een leuk restaurantje treffen voor ons jubileum.
[photopress:HPIM2198.JPG,thumb,pp_image]
Zo, nu moet ik het meer weer even induiken om af te koelen. Het zou wel gek zijn om dit te lezen vanuit Nederland.